Sinds enige tijd zijn wij betrokken bij een kenniskring rondom waterstof. Waterstof was jaren geleden zo’n beetje de heilige graal op het gebied van duurzaamheid. Bij een waterstofeconomie is er geen uitstoot van CO2 en andere schadelijke stoffen. Onder de voorwaarde natuurlijk dat waterstof op een duurzame manier geproduceerd wordt. Toch bleef het stil, er waren veel technische hobbels te nemen. Inmiddels staat waterstof weer volop in de belangstelling en lijken de meeste technische hobbels genomen.
Eén van de zaken die steeds weer terugkomt is het rijden op waterstof, met als belangrijkste voordeel dat er geen emissies zijn. Nu hoor ik je denken, dat geldt ook voor elektrische auto’s. Dat klopt en dat is de reden dat er nu door veel bedrijven vol ingezet wordt op elektrische auto’s. Kijk bijvoorbeeld naar de mededeling van Volvo dat ze vanaf 2019 alleen nog auto’s met een elektromotor zullen verkopen. Dit kunnen overigens ook hybride auto’s zijn. Ik vrees echter dat de elektrische auto uiteindelijk de Nokia van de mobiliteit is. Een soort tussenproduct dat het heel goed doet, maar snel overvleugeld zal worden door een product dat het veel beter gaat doen.
Hoe zit het?
De auto zoals we die nu kennen stamt uit ongeveer 1900. Daarvoor waren er ook al auto-achtige voertuigen, zo was er eind 18e eeuw al een soort stoomauto en waren er heel lang geleden ook al elektrische auto’s. Uiteindelijk is er een keuze gemaakt voor de brandstofmotor en is de auto met brandstofmotor het succesnummer van de 20e eeuw. Alles klopt, een betrouwbare motor, een goede actieradius en als de tank leeg is, dan is er altijd een tankstation in de buurt en is de tank in enkele minuten weer vol. Voor de automobilist was dit lange tijd de perfecte auto. Maar, in de loop van de 20e eeuw kregen de negatieve externe effecten steeds meer aandacht. De oliecrisis liet zien dat de beschikbaarheid van brandstof niet vanzelfsprekend is en luchtverontreiniging en klimaatverandering kwamen op de agenda. Dat leidde eerst tot optimalisatie, een zuinige motor, betere stroomlijning etc.
Zo kwamen er nieuwe concepten die veel voordelen hebben, uiteindelijk leidt dat tot waar we nu staan, de doorbraak van de elektrische auto. De elektrische auto heeft een groot voordeel, als je oplaadt met groene stroom is deze auto echt milieuvriendelijk. En verder voldoet deze auto aan de meeste eisen die we aan een auto stellen. Toch knaagt het want de grote voordelen van de verbrandingsmotor laten we liggen, de actieradius en het snelle tanken. Het is dus niet die superieure oplossing waar we naar zoeken.
Wat dat betreft lijkt de elektrische auto op de eerste Nokia’s en vergelijkbare telefoons. Ze waren echt heel goed en vernieuwend, maar ze waren niet echt heel veel beter dan de telefoon die we al hadden. Dat bleek vooral toen de smartphone verscheen. Die kan alles, zelfs dingen waarvan je niet wist dat je dat zou willen. De traditionele mobiele telefoon is inmiddels een museumstuk geworden.
Ik denk dat we zoiets gaan we ook gaan krijgen met de elektrische auto. Er is gewoon een veel beter alternatief voor de elektrische auto, de waterstofauto. Die kan alles wat de elektrische auto kan (feitelijk is het een elektrische auto met een brandstofcel in plaats van accu) met de voordelen van een auto met verbrandingsmotor (tanken en actieradius). Sterker nog, die waterstofauto kan misschien veel meer. De brandstofcel kan je ook gebruiken voor de stroomvoorziening van je huis, of op de camping voor elektriciteit in je tent of caravan. En zo zijn er nog veel meer mogelijkheden. Mijn stelling daarom, de elektrische auto is de Nokia van de auto-industrie en de waterstofauto is de smartphone. Het is prima dat de auto-industrie inzet op elektrische auto’s, maar het zal slechts een stap zijn op weg naar omarming van de waterstofauto.
Stijn van Liefland